Prothese

Inleiding

Schouder arthrose is een vaak voorkomende aandoening waar ongeveer 20% van de oudere bevolking mee te maken heeft. Dit wordt veroorzaakt door beschadiging van het kraakbeen dat het bot bedekt in het schouder gewricht, waardoor bot-op-bot contact bestaat

Naast artrose zijn er meerdere aandoeningen om voor een schouderprothese te kiezen:

  • Artrose (slijtage)
  • Reuma (reumatoïde artritis)
  • Fracturen
  • Onherstelbare scheuren van de rotatorenmanchet (schouderspieren)

Symptomen

De symptomen die naar voren komen zijn:

  • Schouderpijn zal in begin met regelmaat terugkeren, maar kan in de loop van de jaren constant aanwezig zijn
  • Schouderbewegingen veroorzaken meestal meer pijn
  • Nachtelijke pijn
  • Verminderde beweeglijkheid van de schouder is een ander veel voorkomend symptoom.
    andere symptomen zijn crepiteren (kraken), atrofie (spierafname) en zwelling.

Diagnostiek

Aan de hand van de ziektegeschiedenis en een grondig lichamelijk onderzoek kan de diagnose van schouder artrose vermoed worden. Een röntgenfoto van de schouder zal de diagnose bevestigen

Andere beeldvormende technieken om de diagnose te stellen zijn :

  • CT scan: vooral nuttig om de mate van botverlies aan te tonen
  • MRI scan: dit is geen standaard onderzoek om schouder artrose vast te stellen, maar geeft een gedetallieerd beeld van de weke delen (spieren, pezen, gewrichtskapsel) rond het gewricht

Behandeling

Er kunnen verschillende operaties worden uitgevoerd. De operatie die uitgevoerd wordt is afhankelijk van de conditie van het bot, de beweeglijkheid en de conditie van de pezen en spieren.

De dag na de operatie begint u onder leiding van de fysiotherapie aan een intensieve periode van oefenen. De fysiotherapeut komt twee tot vier keer per dag met u oefenen. Ook krijgt u een oefenschema.